Geschiedenis
De kristalfabriek ‘Val Saint Lambert’ vestigde zich in 1826 ten zuidwesten van Luik. De fabriek is gelegen op het voormalige terrein van de Cisterciënzerabdij van Sint-Lambertus, gesticht in 1202 en opgeheven in 1796. De locatie om een fabriek te starten, is destijds niet willekeurig gekozen. Zo is de ligging, nabij de rivier de Maas, ideaal voor het aan- en afvoer van de benodigde grondstoffen en materialen. Tevens is er steenkool in overvloed in de nabije omgeving welke benodigd zijn voor het productieproces. Deze twee aspecten maakt dit een ideale locatie om de kristalfabriek te laten groeien tot welk het hedendaags wereldwijd bekend om staat en dat is de hoog kwalitatieve kristallen kunst- en gebruiksvoorwerpen.
‘Kristal wordt gemaakt door hoofdzakelijk zand te verhitten in de smeltoven, in vorm te blazen en weer af te laten koelen in en water. Een product van ‘Val Saint Lambert’ is uniek, mondgeblazen en met de hand geslepen en afgewerkt’.
Op de hoogtijdagen telde de fabriek rond de 5.000 werknemers. De wereldwijde crisis van 1930 en de daarop volgende uitgevoerde bombardementen tijdens WOII, maakte hier snel een einde aan. Het ging steeds slechter met Val Saint Lambert. In 2008 wordt het failliete bedrijf overgenomen door de Hasseltse wijnfamilie Onclin (actief in de wijnsector). Zij hebben verwoede pogingen gedaan om het bedrijf te redden. In 2013 wordt de fabriek (52 werknemers) failliet verklaard.
In het jaar 2014 wordt de kristalfabriek nieuw leven in geblazen door de Brusselse zakenman Jacques Somville. De productie werd opgestart met ca. 20 werknemers waarbij de ambitie was om op korte termijn uit te groeien naar ca. 40 werknemers.
Ons bezoek
Hoofdstuk 6: Het verborgen kristal van ‘Val Saint Lambert’
Op de terugweg, vanaf onze eerste locatie van die dag ‘Sanatorium du Basil’, besloten we om nog een locatie aan te doen welke enigszins op de route lag richting huis. We waren immers op weg naar het Sanatorium ‘Trash-City’ voorbij gereden, het walhalla voor startende Urbex-ers. Een begrip in de Urbexscene is toch wel de prachtige oude kristalfabriek ‘Val Saint Lambert’. We hadden er al veel over gehoord en gelezen maar nog nooit besloten om erheen te gaan.
Het was een eitje om deze locatie te vinden, in tegenstelling tot de meeste andere urbex-locaties omdat de kristalfabriek nog volop om bedrijf. Weliswaar in een nieuw gemoderniseerd pand, grenzend aan de oude fabriekspanden. Eenmaal aangekomen reden we eerst langs het nieuwe gedeelte, waarbij ook een museum gevestigd is. Hier werden we een tijdje opgehouden doordat de weg werd versperd door ons ‘Turkse welkomstcommite’, een Turks bruidspaar met hun gevolg. Zij werden begeleid door Turkse bruiloftmuziek, gespeeld op… je raadt het al… Turkse instrumenten. Nadat deze groep op zijn elfendertigste de rijbaan was overgestoken, konden we de omgeving goed gaan bekijken. Al snel bleek dat er een start was gemaakt met de renovatie en deels sloop, van de oude fabriekspanden. Wanneer we al dat zware sloopmaterieel zien, zakt de moed al redelijk snel in onze schoenen. De eerste vragen schoten al door ons hoofd. Hoever zijn ze met renoveren? Wat is er al gesloopt? Is er nog iets over van de oude industriële sfeer van vroeger? Deze vragen weerhouden ons niet om een ingang te zoeken, welke we wonderbaarlijk genoeg bij toeval, snel gevonden hadden.
Enigszins verbaasd, doordat de rode loper nog net niet was uitgerold voor ons, liepen we het terrein op. De bossages rondom de oude panden/hallen waren weggehaald dus liepen we behoorlijk in het zicht. Hierdoor zouden de bewoners, van de aangrenzende woningen, ons kunnen zien. Dit moesten we zien te voorkomen. Eenmaal aangekomen bij het eerste karakteristieke fabriekshalletje, klimmen we naar binnen. Al snel zien we dat de grote schoonmaak (door het bouwbedrijf) heeft plaatsgevonden. Je zou bijna van de vloer kunnen eten zo goed opgeruimd dat het was. Dat is balen! Maar dit is wel waar we een beetje bang voor waren. Met het laatste restje bij elkaar geraapt stukje hoop, lopen we van de ene naar de andere hal welke gekoppeld waren d.m.v. oude houten deuren. De hallen zijn overigens ook leeg, de moeite waard om te fotograferen! Ondanks het ontbreken van de oude elementen, proeven we toch nog wel een beetje de sfeer van het industriële door de aanwezigheid van oude fabrieksramen, metselstenen muren en de betonnen werktafels waaraan de medewerkers vroeger het kristal bewerkte. Een stukje verder gelopen, kwamen we een metselwerk oven tegen waar vroeger het vuur hoog opgestookt werd door de combinatie van steenkool en toevoer van zuurstof. Daar stonden we dan, voor de oven waar vroeger het kostbaarste materiaal gesmolten werd voor verder bewerking.
Enigszins op onze hoede verlieten we de hallen aan de noordzijde van het terrein om onze ondekkingsreis voort te zetten naar de hallen aan de andere zijde. Deze hallen bleken dicht te zijn gemaakt d.m.v. wapeningsneten voor de ramen. Hier konden we helaas niet naar binnen. Toen we door de ramen/wapeningsnetten keken zagen we dat de ‘schoonmaakploeg’ hier nog niet binnen was geweest. Was er dan nergens een opening? Na een tijdje buiten langs de gevel te hebben gelopen, vonden we een ingang. Nice! We werden enthousiaster en enthousiaster naarmate we de ruimte binnen liepen. Het was een opslag met houten oude rekken. Deze rekken waren voorzien van nummering. Elk nummertje stond voor een uniek kristal of glazen voorwerp. Op diverse plaatsen stond er nog kristal en glaswerk opgesteld bij haar nummertje. Door de mooie lichtinval en het naar binnen groeiend groen, hebben we prachtige foto’s kunnen maken, met het kristal in de hoofdrol. Onze dag kon niet meer stuk!
Na een korte zoektocht naar nog meer te betreden ruimtes zagen we nog een opening waar we naar binnen konden. Deze ruimte was klein en leek op een klein laboratorium. Er lagen materialen/gereedschappen die we vroeger bij scheikunde ook wel een gebruikt hadden. Hiervan hebben we ook mooie foto’s kunnen maken. Helaas was dit de laatste ruimte waar we naar binnen konden en eindigde het avontuur van ‘Val Saint Lambert’. We realiseren ons dat we geluk hebben gehad omdat we ondanks de bouwactiviteiten nog net op tijd zijn geweest om toch nog een beetje van de sfeer van het oude ambacht hebben kunnen proeven. Iets wat je nu waarschijnlijk niet meer kan. Met een voldaan gevoel rijden we weer de grens over terug naar Nederland.